Na een uitgebreid ontbijt nemen we afscheid van Laalmo.
Voor we echt de route op kunnen pakken hebben we nog wat zaakjes te regelen. Marco’s telecom provider Megaphone heeft hem uit het netwerk gezet. Bij het eerste Megaphone winkeltje komen we er niet uit. De dame spreekt geen Engels. Dan op zoek naar een andere. Ook daar komen we niet veel verder. Die geeft aan dat zijn bundel opgebruikt is. Dat klopt niet. Marco houdt het maar voor gezien en besluit over te gaan op Tele2.
Erik laat ondertussen nog een band repareren. We wisselen geld. Dat kon pas bij de 3e bank, de anderen konden geen dollars voor Somoni wisselen….
Dan tanken, weer naar de andere kant van de stad.

Als laatste nemen we rond 11 uur afscheid van Ali bij Luni café. We bedanken hem hartelijk voor zijn inspanningen en diensten. Voor hem blijkbaar heel gewoon. “A gift from the Pamir people”, lacht hij. En weg is ie weer. Prachtige vent!
Dan trekkken we zuidelijk. De Tadjieks/Afghaanse grens volgend. We worden op het traject twee keer gecontroleerd door politieposten. Gegevens van visa en paspoorten worden in Het Grote Boek geschreven.
De grens wordt gevormd door de snelstromende rivier. Soms is de afstand van de weg waarop we rijden tot de overkant slechts tientallen meters. Veel grensbewaking aan onze kant. Op strategische punten zijn Tadjiekse posten. Soms kleine compounds, dan weer een uitkijktoren of een container.

De rivier slingert. De weg slingert. Het landschap leidt.
Vrolijke gezichten als we langsrijden. We zwaaien. Kinderen proberen een geven een high five te geven als we even inhouden.
We bezoeken onderweg wat bronnen. Waterbronnen wel te verstaan. Van een kleine ijzerhoudende waterbron tot grote zwavelhoudende baden. Erik en Marco plonzen vrolijk in het licht naar rotte eieren stinkende water, heeeeel gezond.

Roel loopt een rondje dorp om wat te fotograferen. Veel interessants is er niet. Op de kleine begraafplaats misschien een culturele uiting. Op de graven staan speciaal gefabriceerde theepotten. De tuit naar beneden. De thee is op?

2 dames willen nog op de foto met deze blanke westerlingen, gezien hun vasthoudendheid staan we toe, grappig…


Tegen 4 uur zoeken we een plek. Dat gaat lastig. Door de harde wind en de dreigende regen willen we wel wat beschutting. Als we na wat heen en weer gerij besluiten bij een boer te vragen of we op zijn vlakke beschutte erf mogen vliegt het hek bijna open. Natuurlijk! Geen probleem! Thee? Ook hier stuiten we weer op de vrijgevigheid zelve. Zodra de tenten staan zitten we aan een grote pot thee. Met handen en voeten communiceren we. De boer en zijn lieve vrouw spreken Russisch en Pamir. Maar we komen er uit.

De boer laat zijn hoen, die in de keuken in een krat huist, los. Het beest lijkt het meest op een vechtkip. Hilariteit. Het beest pikt naar alles wat beweegt.

Erik krijgt het aan de stok met een pup die het op zijn crocs voorzien heeft.

We mogen ook in de keuken slapen als het gaat regenen.

Als we buiten ons prakkie maken krijgen we bezoek. Eerst een Russische militair met een Tadjiekse politieagent. Ze lopen patrouille en komen eens even kijken welke rare snuiters er nu daar weer kamperen.
Een halfuur later de volgende patrouille. Een Tadjiekse deze keer. Goed Engels sprekend hebben we een praatje. Ze houden de omgeving haarscherp in de gaten, we kunnen rustig slapen. Een geruststellend idee. Als we na het avondeten alledrie snel onze slaapzak opzoeken weten we dat er over ons gewaakt wordt…….
