Na het ontbijt maken we ons plan op. We overwegen de verschillende opties. Uiteindelijk komen we overeen om naar de Charyn canyon in Kazachstan te gaan. We hebben er veel over gehoord, volgens de verhalen móéten we daar zeker naar toe! Het betekent wel 2 x een grensovergang, maar ach, daarvan hebben we er al zo veel gedaan. Deze kan er ook nog wel bij.

Na het afscheid van het gastgezin nemen we de kortste weg naar de grens. Dat blijkt niet direct de makkelijkste dus we stuiteren en glijden via een keienpad naar de hoofdweg. Niet dat die heel veel beter is maar we kunnen welaardig doorrijden. We halen vlak voor de grens nog 2 toeristenbusjes in, dat blijkt later een flink voordeel want de afhandeling kost altijd wat tijd.
Om een uur of 11 staan we aan de Schlagbaum.


Niemand voor ons dus we kunnen direct met de papieren aan de slag. We zijn al eerder Kazachstan ingereisd en dat was een hele heisa. Inclusief betalen en via twee balies met een hoop bureaucratie. Nu staan we met een paar minuten met een stempel in ons paspoort. Geen temporary vehicle import, geen kosten. How can?
We vragen het ons maar verder niet af…
Een Tsjech met een volledig opgetuigde GS, koffers, spare banden etc ligt achter de grenspost in de berm te wachten op zijn kameraden die inmiddels achter de busjes zijn aangesloten.
Een half uur na de grens komen we in het eerste dorp. Geld pinnen, verplichte tijdelijke verzekering regelen, tanken en nog een boodschap. De verzekering kost flink wat tijd, gelukkig spreekt de Tsjech Russisch en is bereid ons te helpen. Al met al wordt het een excercitie van een kleine anderhalf uur. Verzekerd en volgetankt gaan we uiteindelijk op pad naar de het natuurpark, nog een dikke 75 km.
Als we bijna bij de ingang zijn breekt het verwachte noodweer los. Links en rechts slaat de bliksem in, Kazachstan is hier als een biljartlaken, dat maakt de rit extra spannend. De regen klettert op ons neer.


We hadden bedacht de canyon in te rijden en daar te gaan kamperen. Maar het wordt ons snel duidelijk dat die mogelijkheid sinds vorig jaar er niet meer is. In de verre omgeving is, buiten het resort in deze canyon geen accomodatie en het stortregent.
De enige manier om beneden te komen is lopend of met een soort taxi. We kunnen de motoren bewaakt bij de ingang laten staan en ons naar beneden laten brengen. Het aanhoudende noodweer laat ons snel die mogelijkheid kiezen. Een tas met droge kleding mee verdwijnen we met “taxi” de canyon in. We nemen ons intrek in het resort en bezetten een driepersoons kamer. Te duur maar ja. De matrassen zijn dunner dan onze campingmatjes.

Marco, niet fit, ligt snel onder de dekens.
Erik doet een fotorondje.
Als we een uurtje later iets gaan eten blijkt het uitgebreide menu te zijn teruggebracht naar een drietal gerechten. Soep, salade en de nationale troef: plov. Het bedienend personeel lijkt het als last te ervaren dat er weer eens toeristen zijn. Hun gedrag is uiterst zakelijk en met minimale passie. De enige interesse lijkt het snel binnenhalen van geld want er dient direct en wel meteen te worden afgerekend.
We vragen ons af wat er trouwens Eco is aan dit park. In ieder geval niet het plastic wegwerpbestek en dito bekers. En ook de vervoermiddelen die vervaarlijk veel blauwe dampen de vallei in stuwen ook niet. Of zijn het de losliggende vuilniszakken die her en der verspreid liggen die aantonen dat er opgeruimd wordt?
Een slaapmutsje en vroeg naar bed dus maar……
